Woordenboek

  – AWBZ:                      

Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten. In deze wet is per 2013 opgenomen dat men bij opname in onder andere een verpleegtehuis eerst de eigen woning en spaargeld moet gaan opeten.

Afvullegaat:              

Legaat ter grootte van de vrijstelling van een kind. Door dit legaat wordt er veel erfbelasting bespaard bij het eerste overlijden Op deze wijze kan de verschuldigde erfbelasting nog na het eerste overlijden worden beïnvloed.

Bloedverwanten:      

Ouders, broers, zusters, kinderen, kleinkinderen etc. De partner valt hier niet onder.

– Bezwaarde:           

De persoon die bij een tweetrapsmaking een erfenis krijgt onder een bezwaring (een last). Deze bezwaring houdt in dat de persoon die heeft geërfd wel alles mag opmaken, maar dat het geërfd bedrag bij diens overlijden wordt gegeven aan een andere persoon (de verwachter).

Erfgenaam:               

De persoon die erft.

Erfbelasting:             

De belasting die verschuldigd is wanneer er wordt geërfd van een ander.

Executeur:                

Dit is de persoon die uw gehele erfenis gaat afwikkelen.

Financiële Volmacht: 

Hiermee geeft u een persoon de opdracht om bij uw wilsonbekwaamheid financiële beslissingen te nemen namens u.

Gevolmachtigde:       

De persoon die u mag en kan vertegenwoordigen wanneer u wilsonbekwaam bent of afwezig bent.

Herroeping:              

U herroept alle eerder door u gemaakte testamenten en codicillen en begint zodoende met een schone lei.

Kleinkind legaat:       

Een geldbedrag voor de kleinkinderen, dat zij pas krijgen als u overlijdt. U legateert aan uw kleinkinderen het bedrag dat zij vrij van erfbelasting uit uw nalatenschap mogen verkrijgen.

Levenstestament:     

Een eenzijdige wilsbeschikking waarin u een of meerdere personen aanwijst die op financieel, algeheel en medisch gebied bepaalde handelingen voor u mogen nemen.

Legaat:                     

Dit is een geldbedrag of een voorwerp dat u aan een bepaald persoon of goed doel toewijst.

Legataris:                  

De persoon die een legaat ontvangt.

Legitieme portie:      

Dit is de helft van het erfdeel waarop een kind recht zou hebben bij een normale (wettelijke) vererving.

Medische volmacht:  

Hiermee geeft u een persoon de opdracht om bij uw wilsonbekwaamheid medische beslissingen te nemen namens u.

Nalatenschap:           

Ander woord voor erfenis. Het geheel van alle bezittingen minus alle schulden.

Notariële volmacht:  

Hiermee geeft u een persoon de opdracht om bij uw wilsonbekwaamheid de algehele beslissingen te nemen namens u.

Ontbindende Voorwaarde:    

Deze voorwaarden gaan in op het moment dat een voorwaarde zich voordoet zoals is opgenomen in de tweetrapsmaking. Er is al wel geërfd, maar dit wordt teruggedraaid bij het intreden van deze voorwaarde.

Opschortende Voorwaarde:

Deze voorwaarden gaan in op het moment dat een voorwaarde zich voordoet zoals is opgenomen in de tweetrapsmaking. Er is nog niet geërfd, maar dit wordt gedaan bij het intreden van deze voorwaarde.

Ongedaanmaking:       

De wettelijke verdeling kan worden ongedaangemaakt, waardoor de wet niet geldt. We vallen dan terug op artikel 4:10 BW (Het parentele stelsel).

Onroerende zaak:     

Woningen, schepen en vaartuigen.

Privé-clausule:          

Deze clausule heeft in principe tot gevolg dat alles wat de erfgenamen uit een nalatenschap verkrijgen, niet zal vallen in enige huwelijksgoederengemeenschap.

P.G.B.:                      

Persoons Gebonden Budget, het budget dat u krijgt voor het inkopen van zorg.

Plaatsvervulling:        

Indien een kind als uw erfgenaam (of legataris) ontbreekt of komt te ontbreken, bepaalt u dat de afstammelingen van dat kind in de plaats van uw kind verkrijgen.

Rechtskeuze:            

Voor uw bezittingen verklaart u op uw nalatenschap het Nederlandse recht van toepassing.

Roerende zaak:         

Een zaak dat niet onroerend is, dus alle goederen, behalve woningen, vaartuigen en vliegtuigen.

Rente overeenkomst:

In het testament kan worden opgenomen dat ten tijde van het overlijden de partner en de kinderen een overeenkomst maken met betrekking tot een rente, die de vorderingen van de kinderen verhoogt.

Successie recht:        

De belasting die verschuldigd is wanneer er wordt geërfd van een ander.

Schenkbelasting:       

De belasting die verschuldigd is wanneer er een schenking wordt gekregen van een ander.

Testament:               

Een uiterste wilsbeschikking die per persoon wordt gemaakt, waarin de laatste wensen kunnen worden opgenomen.

Testamentair bewind:

Zolang een kind nog niet de door u opgegeven leeftijd van ….. jaar heeft bereikt, stelt u zijn/haar verkrijging onder bewind. U bepaalt wie er bewindvoerder wordt. Voor het geval die bewindvoerder ontbreekt kunt u een opvolger aanwijzen.

Tweetrapsmaking:    

Een verdeling met ’twee trappen’. De eerste trap is de verkrijging door de erfgenaam. Alles wat die erfgenaam uiteindelijk over heeft van het erfdeel valt niet in het eigen vermogen van de erfgenaam. In plaats daarvan wordt dat als het ware opnieuw uw eigen nalatenschap en nogmaals door u verdeeld. Dat is de tweede trap.

Ouderlijke vruchten: 

Als een minderjarige iets uit uw nalatenschap verkrijgt, kan zijn/haar ouder het zogenaamde ‘ouderlijk vruchtgenot’ krijgen (kort gezegd, bijvoorbeeld de rente op het geld dat uw kind heeft geërfd niet voor het kind zelf, maar voor diens ouder). U geeft echter aan dat dit niet de bedoeling is.

Volmacht:                

Een bevoegdheid om namens een ander bepaalde (rechts)handelingen te verrichten.

 Vruchtgebruik:         

De partner krijgt het vruchtgebruik van de goederen. De kinderen verkrijgen de zogenoemde “hoofdgerechtigdheid” (bloot eigendom) van die goederen. Dat wil zeggen dat zij eigenaren worden van het vermogen, maar het vruchtgebruik van de langstlevende dienen te respecteren. Je kunt dit vergelijken met een soort huur.

Verwachter:              

De persoon die een erfenis middels een tweetrapsmaking verwacht. Deze persoon is erfgenaam onder opschortende voorwaarden. Er moet dus eerst een voorwaarde in vervulling gaan wil deze persoon erven. Het erfgenaamschap is als het ware ‘opgeschort’.

Volmachtgever:        

De persoon die een ander aanstelt als gevolmachtigde. De volmachtgever.

Vrijstelling inbreng:   

Alles dat een erfgenaam heeft gekregen tijdens het leven hoeft bij uw overlijden niet te worden teruggegeven, waardoor nógmaals belasting zou moeten worden betaald.

Verval beschikking:   

Alle beschikkingen die u ten behoeve van de laatstlevende van u beiden en diens familie maakt, komen te vervallen op het moment dat uw relatie wordt beëindigd.

Wet Langdurige Zorg:

Een zorgwet die sinds 2015 speelt en als voorloper de AWBZ heeft. Wanneer men in onder andere een verpleegtehuis wordt opgenomen dient men eerst de eigen woning en spaargeld te gaan opeten.

WOZ-waarde:           

De waarde die de Gemeente hangt aan uw woning(en).

Wettelijke verdeling: 

Een verdeling die door de wetgever is gemaakt. Deze verdeling geldt voor gehuwden en geregistreerd partners die kinderen als erfgenaam hebben. Het is bedoelt om de langstlevende zorgeloos te laten voortleven.  Bij een wettelijke verdeling wordt de langstlevende automatisch enig eigenaar van alle goederen van de nalatenschap.